USB microfoon

Een van de componenten die de meeste gebruikers zullen missen bij een Raspberry Pi, is het ontbreken van analoge ingangen. Om gebruik te maken van een microfoon met de Raspberry Pi, kun je twee dingen doen.

  • Koop een USB-microfoon of een USB-geluidskaart. Een USB-microfoon is waarschijnlijk een goedkopere en gemakkelijkere manier om een ​​microfoon te laten werken met uw Raspberry Pi.
  • Je kunt ook een HAT kopen die de audiomogelijkheden van de Raspberry Pi uitbreidt met een analoge ingang.

Er zijn verschillende projecten waar een microfoon van pas komt, zoals het instellen van je Raspberry Pi als Alexa of Google assistent .

Geen ondersteuning
Er zijn een aantal verschillende redenen waarom de Raspberry Pi geen ondersteuning biedt voor een microfoon in de hardware.
– Beperkte ruimte op het bord. Een extra 3,5 mm-aansluiting neemt behoorlijk wat ruimte op het bord in beslag die voor andere dingen kan worden gebruikt.
– Een prijslimiet. De Raspberry Pi is bedoeld om een ​​betaalbaar bord te zijn; het verminderen van componenten helpt de prijs laag te houden.

USB-microfoon
USB-microfoons zijn de gemakkelijkste manier om een ​​microfoon te laten werken met de Raspberry Pi. Een van de belangrijkste voordelen van het gebruik van een USB-microfoon is dat deze plug-and-play is.

Het Raspbian-besturingssysteem detecteert automatisch de microfoon wanneer deze is aangesloten. In sommige gevallen moet je het .asoundrc bestand wijzigen om de Alsa-geluidsstuurprogramma te helpen begrijpen welk apparaat het moet gebruiken.

Configureren op uw Raspberry Pi voor uw microfoon
Voordat we met dit gedeelte beginnen, moet je ervoor zorgen dat de microfoon op de Raspberry Pi is aangesloten.

1. Laten we eerst het besturingssysteem updaten door de volgende twee opdrachten uit te voeren.

sudo apt update
sudo apt upgrade

2. Nu het besturingssysteem up-to-date is, gaan we onze microfoon identificeren, zoals gezien wordt door de Alsa-driver. Om alle beschikbare opnameapparaten te zien, moeten we de volgende opdracht uitvoeren.

arecord -l

3.Vanaf deze opdracht zou zoiets als hieronder in de terminal te zien moeten zijn. De twee dingen waar je op moet letten, zijn het cardnummer en het devicenummer, in dit geval 1 en 0.

Nadat de apparaatnummers van de microfoon zijn geïdentificeerd, gaat we verder met de volgende stap.

Mocht er in de terminal niets worden weergegeven, controleer dan of het apparaat correct is aangesloten.

Note: Niet altijd hoeft stap 4 uitgevoerd te worden. Advies is om eerst stap 5 te doen en proberen een geluidsopname te maken. Werkt het niet, doe dan alsnog stap 4.

4.Nu de apparaat- en kaartnummers bij de hand zijn, gaan we een configuratiebestand voor Alsa aanmaken. Dit configuratiebestand helpt de Alsa-driver te begrijpen welk apparaat het moet gebruiken voor het vastleggen van audio.

Begin met het wijzigen van het bestand door de volgende opdracht uit te voeren.

nano /home/pi/.asoundrc

Het volgende scherm verschijnt

Voer in dit bestand de volgende tekst in. Zorg ervoor dat het [card number] en [device number] worden ingevuld met de waarden die we hierboven aangetroffen hebben. In dit geval resp. 1 en 0.

Als je klaar bent, sla je het bestand op door op CTRL+ x, gevolgd door Y, dan ENTER. Het bestand zou er als volgt uit moeten zien.

5.Opnemen met uw microfoon
Gebruik de volgende drie commando’s om ​​opnames te maken. Met deze opdrachten worden met behulp van de USB microfoon een opname gemaakt en opgeslagen als een wav-bestand met de naam opnamex.wav. Bepaal zelf welke opdrachtregel voor jou het beste werkt. Als je klaar bent met het maken van uw opname, kun je stoppen door op CTRL + c te drukken.

arecord --format=S16_LE --rate=16000 --file-type=wav opname1.wav

of gebruik dit commando dat ook de opname afspeelt:

arecord -D plughw:1,0 -d 3 opname.wav && opname opname2.wav

We gebruiken hier we een andere syntax voor het arecord commando om op te nemen en direct af ​​te spelen; “– D” om het apparaat te kiezen en “-d” om de opnametijd in seconden in te stellen. De twee && symbolen geven aan dat het commando afspelen volgt als de opname gestopt is.

Het beste resultaat heb ik met het volgende commando waar ook een volumemeter ingesloten is:

arecord --device=hw:1,0 --format S16_LE --rate 44100 -V mono -c1 opname3.wav

Uitleg commando: S16LE = 16-bits, 44100 (Hz) is de samplerate, -V mono laat een volume meter zien hoe hard het opnamesignaal is. Hoe hoger de samplerate, des te groter het audiobestand. In principe is 16.000 Hz voor spraak ruim voldoende.

Je kan “arecord –help” en “aplay –help” invoeren voor details.

Als het geluid te zacht is, kan je hier de versterking van de microfoon via de desktop aanpassen.

Mocht je tijdens het uitvoeren van deze opdracht een foutmelding krijgen, zorg er dan voor dat de microfoon correct is aangesloten. Zorg er ook voor dat alles correct geconfigureerd is door de inhoud van het .asoundrc bestand te verifiëren.

Afspelen opname
Je kunt controleren of de microfoon een succesvolle opname heeft gemaakt door het opgenomen bestand los af te spelen. Hiervoor voer je de onderstaande opdracht uit.

aplay opnamex.wave

Have A Nice Day!